Op het eerste gezicht lijkt dit misschien een tegenspraak, maar in feite is dat niet het geval. Om uw vraag te beantwoorden, moeten we beide passages begrijpen, te beginnen met Mattheüs 7:13-14.
Daar zette Jezus twee manieren van leven tegenover elkaar. Hij zei: “Ga binnen door de nauwe poort, want wijd is de poort en breed is de weg die naar het verderf leidt, en velen zijn er die daardoor naar binnen gaan, maar de poort is nauw en de weg is smal die naar het leven leidt, en weinigen zijn er die hem vinden.” Het woord “nauw” in de Herziene Statenvertaling is de vertaling van een Grieks woord dat betekent ‘in het nauw gedreven’ of ingesloten zijn door grote rotsen in een kloof. Het Griekse woord weergegeven als ‘smal’, draagt de betekenis van ‘nauw’ of ‘beperkt’ (An Expository Dictionary of Biblical Words).
Gods weg is niet de natuurlijke weg die de zondige mensheid zou kiezen of het meest comfortabel zou vinden. De menselijke natuur zoekt en blijft in haar eigen egoïstische comfortzone. Zij neemt op aanstoot aan en rebelleert op subtiele wijze tegen Gods weg en Zijn wetten – de Tien Geboden (Romeinen 8:7). Zo bedrieglijk is het hart van de mens (Jeremia 17:9) dat velen denken dat ze in Christus kunnen geloven en een zondige levensstijl kunnen blijven volgen. Jezus waarschuwde daarom al Zijn volgelingen: “Strijd om binnen te gaan door de nauwe poort…” (Lukas 13:24).
De menselijke natuur is van nature geneigd tot egoïsme en ongehoorzaamheid aan Gods heilige en rechtvaardige wetten. Zonder een diep, oprecht berouw van zonde en een gevecht tegen de eigen menselijke natuur, zullen velen eenvoudigweg niet in staat zijn de deur naar Gods Koninkrijk te vinden! De strijd voor elke ware christen is om berouw te hebben van zonden uit het verleden en Gods wil centraal te stellen in plaats van de eigen wil! De overgrote meerderheid van de mensheid wil niet dat rechte en smalle pad volgen – maar kiest liever voor de gemakkelijke en brede weg. Sommigen zullen profeteren in de naam van Christus, demonen uitdrijven en vele wonderen doen, maar tevergeefs (Mattheüs 7:21-23). Waarom? Omdat ze wetteloosheid blijven bedrijven (v. 23). Hun echter die kiezen voor berouw en bekering en wetteloosheid verzaken, zal Jezus helpen het smalle pad te betreden.
Let nu op het tweede vers in kwestie. Jezus zei: “Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast bent, en Ik zal u rust geven. Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel; want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht” (Mattheüs 11:28-30). De apostel Johannes spreekt hier ook over: “Want dit is de liefde tot God, dat wij Zijn geboden in acht nemen, en Zijn geboden zijn geen zware last” (1 Johannes 5:3).
Gods weg is inderdaad een gezegende weg van vrijheid van zonde en de gevolgen daarvan, die eindigen in de dood (Romeinen 6:23). Als christenen moeten we ons bekeren en “… afleggen alle last en de zonde, die ons zo gemakkelijk verstrikt” – geloof hebben in Jezus Christus dat Hij ons door al onze problemen en beproevingen heen helpt – “… al uw zorgen op Hem [werpend], want Hij zorgt voor u” (Hebreeën 12:1-4; 1 Petrus 5:7). Het is het gewicht van de zonde dat ons in een strik vangt en terneerdrukt! Door bekering en geloof in Jezus Christus kan ons vergeving geschonken worden en kunnen we worden bevrijd uit de houdgreep van de zonde. Jezus sprak over twee wijzen van leven – slaaf zijn van de zonde, geketend door schuld die leidt tot de eeuwige dood, tegenover vreugdevolle gehoorzaamheid aan Gods levenswijze en het ontvangen van overvloedige zegeningen die leiden tot eeuwig leven.
De twee passages in kwestie zijn dus duidelijk niet tegenstrijdig, maar volgen op elkaar in geestelijke zin. Eén Schriftgedeelte zet tot actie aan – de keuze van gehoorzaamheid aan Gods wet. Het andere vers beschrijft de resultaten van die keuze – een ‘zacht juk’ en ‘lichte last’. Werkelijk, iedereen die die keuze al heeft gemaakt, beseft de zegeningen die het oplevert.