Dit is de vertaling van het Engelstalige artikel “Does Baptism Matter” door Scott D. Winnail, verschenen in het Tomorrow’s World magazine van februari 2022.
Hebt u zich ooit afgevraagd of de doop echt belangrijk is voor ware christenen? Hebt u er ooit aan getwijfeld of u op de juiste wijze gedoopt werd? Gelukkig beantwoordt God deze vragen duidelijk in Zijn geïnspireerde woord, de Bijbel.
Eeuwenlang zijn veel — misschien wel de meeste — belijdende christenen bij de doop met water besprenkeld. Hoe is deze gewoonte ontstaan? Is deze Bijbels? Volgens A History of Christianity door professor K.S. Latourette is het besprenkelen, hoewel het aanvankelijk alleen toegepast werd bij mensen die te ziek werden geacht voor onderdompeling, sindsdien gemeengoed geworden.
Aan Augustinus van Hippo die in de late vierde en vroege vijfde eeuw na Christus schreef, wordt het populariseren van de kinderdoop toegeschreven. Hij geloofde dat kinderen met 'erfzonde' geboren werden en daarom zo snel mogelijk door de doop gereinigd dienden te worden. Maarten Luther bouwde voort op de leer van Augustinus door te beweren dat de doop het kind veranderde, reinigde en vernieuwde door geloof. De kinderdoop werd uiteindelijk populair vanwege het valse idee dat een baby die stierf voordat hij gedoopt werd, veroordeeld zou worden. Vraag, om meer te weten te komen over Gods ware plan voor baby's en anderen die sterven zonder de mogelijkheid te hebben gehad het ware Evangelie te horen en te accepteren, ons gratis boekje Is dit de enige dag van behoud? aan. Of lees het online op WereldvanMorgen.nl.
Het probleem met de kinderdoop is dat deze geen bekering of verbintenis vereist! Zoals we zullen zien, moet de doop volgen op ware bekering. En bekering vereist dat mensen volwassen genoeg zijn om de noodzaak te erkennen zich te bekeren, en ook om te begrijpen hoe ze zich moeten bekeren.
Een volwassen keuze om te veranderen
Wat zegt de Bijbel over de doop? De apostel Petrus gebood: "… Bekeer u en laat ieder van u gedoopt worden in de Naam van Jezus Christus, tot vergeving van de zonden; en u zult de gave van de Heilige Geest ontvangen" (Handelingen 2:38).
De woorden hier van Petrus leren twee dingen: ten eerste dat de doop essentieel voor alle christenen is. Merk op dat Petrus niet zei: 'bekeer u als u dat wilt; het zou fijn zijn als sommigen van u zouden besluiten zich te laten dopen’. Hij gebood hun "Bekeer u en laat ieder van u gedoopt worden." Ten tweede dat er een proces rondom de doop is ̶ bekering en erkenning van Jezus Christus als Verlosser, gevolgd door de doop, waarna een ware dienaar van Jezus Christus de handen op de gedoopte persoon legt zodat God Zijn heilige Geest kan schenken.
Het woord ‘bekering’ is afkomstig van het Griekse woord metanoeó, wat 'iemands geest of doel veranderen' en 'de innerlijke mens veranderen' betekent (“3340. Metanoeó”, BibleHub.com). Bekering betekent letterlijk omkeren en de andere kant op gaan. Het vereist het vermogen om zichzelf kritisch te analyseren in het licht van de Bijbel, een bewuste beslissing te nemen om te veranderen en actief te gaan leven volgens Gods geboden. De doop vereist de handelingen van een volwassene ̶ zelfs de meeste tieners hebben nog niet het mentale vermogen of de levenservaring om deze diepe spirituele verbintenis te begrijpen en aan te gaan.
Besprenkeling of onderdompeling?
God inspireerde Johannes de Doper om te dopen waar water in overvloed was: "Maar ook Johannes doopte in Enon bij Salim, omdat daar veel water was; en de mensen kwamen daar en werden gedoopt" (Johannes 3:23). Bovendien, "… nadat Jezus gedoopt was, kwam Hij meteen op uit het water…" (Mattheüs 3:16).
Christus stond duidelijk in de rivier, niet op de oever. Als de doop alleen voldoende water nodig had om te besprenkelen, zou Christus niet in het water hebben gestaan en zou er voor Zijn doop niet "veel water" nodig geweest zijn ̶ Johannes had gemakkelijk een emmer of waterzak kunnen gebruiken. Het Griekse woord in de Bijbel voor dopen is baptizo, wat onder water brengen betekent. Merk op dat God niet het gebruik van Griekse woorden inspireerde die sprenkelen of gieten betekenen.
De doop symboliseert de begrafenis van het oude zondige zelf in een watergraf. Uit het water opstaan staat voor iemands opstanding als een nieuwe persoon die in nieuwheid des levens zal leven ̶ een leven waarin de zonde niet langer zal heersen (Romeinen 6:3-6). God verwijst in feite naar berouwvolle, bekeerde christenen als een "nieuwe schepping" in Christus (2 Korinthe 5:17). En Paulus verwijst naar de doop als het "bad van de wedergeboorte [juister: ‘wederverwekking’]” (Titus 3:5). De doop van een christen stelt de dood en opstanding van Christus voor (Romeinen 6:1-6). De oude zondige persoon "sterft" en wordt begraven in het watergraf, zonden worden weggewassen en de gedoopte persoon komt veranderd en nieuw weer tevoorschijn. De handeling en symboliek van de doop zijn uiterst belangrijk voor God.
Christus’ gebod en voorbeeld
God gebood de doop — en gaf het voorbeeld om het te doen. Een van de laatste geboden van Christus aan Zijn apostelen was: "Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest…" (Mattheüs 28:19). De Zoon van God zelf gebood Zijn apostelen om van alle volken discipelen te maken en hen te dopen. We lazen eerder over het bevel van Petrus aan de menigte (Handelingen 2:38). Christus Zelf werd gedoopt door onderdompeling volgens de wil van Zijn Vader, als een voorbeeld voor ons (Mattheüs 3:13-15).
We hebben de doop nodig omdat we Gods vergeving nodig hebben. We lezen: “Want allen hebben gezondigd en missen de heerlijkheid van God" (Romeinen 3:23). "Als wij zeggen dat wij geen zonde hebben, misleiden wij onszelf en is de waarheid niet in ons" (1 Johannes 1:8). We zondigen allemaal en "… het loon van de zonde is de dood" (Romeinen 6:23). Omdat we zondigen hebben we Gods vergeving en bevrijding van de doodstraf nodig. Wat is zonde? Zonde is wetteloosheid (1 Johannes 3:4). Vóór de doop moeten we ons ten diepste realiseren dat we ons dienen af te keren van onze voormalige verwerping van Gods wet in ons leven.
Christus vergoot Zijn bloed zodat we vergeving kunnen ontvangen nadat we berouw hebben gekregen over onze zonden. Maar zonder de fysieke doop kunnen onze zonden niet 'weggewassen' worden. Petrus zei niet dat u alleen maar 'uw hart aan de Heer moet geven'. Hij zei dat we ons moeten bekeren en laten dopen (Handelingen 2:38). Tegenwoordig is er verwarring over het concept van zijn of haar leven geven aan God. Velen denken dat, zodra Christus als Verlosser erkend wordt en 'liefde' voor Hem beleden wordt, er geen andere acties nodig zijn om Gods Koninkrijk binnen te gaan. Echter, echt zijn of haar 'hart aan de Heer' geven, houdt volledige onderwerping van iemands eigen wil aan God in, gevolgd door de bereidheid om een leven te leiden dat volledig volgens Gods regels is. Om onze zonden 'weggewassen' te krijgen, zijn de acties vereist die God gebood ̶ welgemeend en diep berouw van zonde en het begraven van het oude zondige zelf door middel van de waterdoop, evenals de acceptatie van Christus als onze persoonlijke Verlosser en het werkelijk overgeven van onze geest en wil aan God.
Bij de doop verbinden we ons eveneens aan Gods manier van leven. We kunnen nooit verlossing en behoud 'verdienen', maar toch verwacht God van een ware christen dat hij of zij zich toewijdt aan een leven ̶ en dit ook daadwerkelijk leidt ̶ dat de manier weerspiegelt waarop Jezus Christus leefde (Efeze 4:1). We moeten "… vruchten voort[brengen] in overeenstemming met de bekering…" (Lukas 3:8), handelend in overeenstemming met Gods verwachting voor ons. De doop markeert een punt van waaruit we verdergaan als een nieuw persoon. De apostel Paulus schreef: "… jaag ik naar het doel: de prijs van de roeping van God, die van boven is, in Christus Jezus" (Filippenzen 3:14). Hij toonde ook hoe hij op weg was naar het Koninkrijk van God. Dit op weg zijn was begonnen bij de doop van Paulus en eindigde pas bij zijn dood. Dus ook onze doop markeert een startpunt, een moment waarop we er ons volledig aan verbinden om Gods manier van leven te leven, een punt vanwaar we onze geestelijke vooruitgang kunnen meten.
Jezus Christus heeft duidelijk uitgesproken wat Hij en de Vader van ons verwachten: "Niet ieder die tegen Mij zegt: Heere, Heere, zal binnengaan in het Koninkrijk der hemelen, maar die de wil doet van Mijn Vader, Die in de hemelen is" (Mattheüs 7: 21). Christus wil zeker dat we Hem liefhebben en accepteren als onze Verlosser ̶ en Hij verwacht ook dat we Gods wet gehoorzamen als we Hem werkelijk liefhebben (Johannes 14:15).
Begraven om op te staan
Door de doop begraven we symbolisch ons oude zelf en komen we op “… in een nieuw leven…” (Romeinen 6:1-6). Deze actie toont onze toewijding om fysiek, mentaal en spiritueel Gods manier van leven te leven. Als we berouw hebben van onze zonden, dan beloven we God dat we ons van de zonde zullen 'afkeren' en ons leven naar Zijn wil zullen leiden. Dit voortdurende proces van bekering houdt in dat we ernaar streven ̶ met Gods hulp ̶ om op te houden met zonde. We zullen niet langer doelbewust de Tien Geboden overtreden. We zullen met vreugde de Sabbat op de zevende dag en de jaarlijkse heilige dagen van Leviticus 23 vieren, en we zullen ernaar streven om God in elk opzicht te gehoorzamen. Deze daden tonen onze bij de doop beloofde toewijding aan God.
De Bijbel is heel duidelijk dat, tenzij we gedoopt zijn en de gave van de heilige Geest ontvangen, we het Koninkrijk van God niet kunnen binnengaan. Jezus zei: "… Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Als iemand niet geboren wordt uit water en Geest, kan hij het Koninkrijk van God niet binnengaan" (Johannes 3:5). Hij zei ook: "Wie geloofd zal hebben en gedoopt zal zijn, zal zalig worden, maar wie niet geloofd zal hebben, zal verdoemd worden" (Marcus 16:16). Teneinde uiteindelijk Gods Koninkrijk binnen te gaan, moeten we eerst geloven, berouw hebben, gedoopt worden en Gods heilige Geest ontvangen. Zonder deze eerste stappen is het onmogelijk Gods Koninkrijk binnen te gaan. De Bijbel is daar heel duidelijk over.
Zelfs in het unieke en uitzonderlijke geval van Cornelius laat God ons de essentiële noodzaak van de doop. Cornelius en zijn huishouden ontvingen de heilige Geest vóór de doop (Handelingen 10:44-46). Maar let op de woorden van Petrus nadat de heilige Geest op deze heidense bekeerlingen viel. "Kan iemand soms het water weren, zodat deze mensen, die evenals wij de Heilige Geest ontvangen hebben, niet gedoopt zouden worden? En hij beval dat zij gedoopt zouden worden in de Naam van de Heere…" (vv. 47-48). Zo belangrijk is de doop. Zoals het voorbeeld van Cornelius aantoont, hebben degenen die zeggen dat ze de heilige Geest hebben, maar de waterdoop verwerpen, in feite de heilige Geest niet!
Waar is de doop voor?
De opwindende waarheid is dat we na berouw en bekering, doop en het ontvangen van Gods heilige Geest echt begonnen zijn de weg van overwinning te bewandelen die uiteindelijk naar het Koninkrijk van God leidt. "Wie overwint, zal alles beërven, en Ik zal voor hem een God zijn en hij zal voor Mij een zoon zijn" (Openbaring 21:7). Degenen die overwinnen zullen alles beërven en Gods kinderen genoemd worden!
Wat bedoelde de apostel Johannes toen hij schreef dat de christenen “alles [zullen] beërven”? Kijk rond in deze natuurlijke wereld. Kijk naar de sterren, de bergen, de zeeën, de bomen en de rivieren. Alles wat gemaakt is, behoort onze grote Schepper God toe. En wanneer we alle dingen als Zijn kinderen erven, zal dit alles ook van ons zijn! Dit is het plan van onze grote en liefdevolle Vader in de hemel en zijn Zoon, Jezus Christus. Om aan dat plan deel te nemen, vergt God van ware christenen dat ze gedoopt worden! Vraag voor meer informatie over dit essentiële onderwerp ons gratis boekje Christelijke doop: de werkelijke betekenis aan, of lees het online op wereldvanmorgen.nl.