De veronachtzaamde waarheid
Elk jaar vieren belijdende christenen het feest dat Pasen wordt genoemd, maar weinigen kennen de ware oorsprong ervan. Hoe komt het dat een dag, die naar verondersteld wordt de opstanding van Jezus Christus verbeeldt, in veel landen bekend werd onder de naam van de heidense godin Eostre? [red.: bijvoorbeeld in Engelstalige landen als Easter en in Duitstalige landen als Ostern]. Wat is de oorsprong van het vieren van die dag met konijnen (red.: in VK en VS] of hazen en gekleurde eieren en waardoor zijn die met Pasen in verband gebracht? Wat hebben ze te maken met de opstanding van Christus?
Weet u dat de traditie van de kruisiging op Goede Vrijdag en de opstanding op paaszondag in strijd is met het enige teken dat Jezus zei te zullen geven om te bewijzen dat Hij de geprofeteerde Messias was? Vreemd genoeg belijden letterlijk honderden miljoenen mensen dat Jezus Christus hun Verlosser is, maar precies hun eigen tradities ontkennen dit enige echte teken dat Jezus zei te zullen geven dat Hij was wie Hij beweerde te zijn: de Zoon van God. Bedenk wat dit betekent! Ofwel is Jezus niet de Messias die Hij beweerde te zijn, ofwel heeft de officiële christelij-ke traditie ongelijk. Een andere mogelijkheid is er niet!
Het is tijd uw Bijbel af te stoffen en te kijken naar de enig ware bron die openbaart wat er werkelijk gebeurde ten tijde van Jezus’ kruisiging! De waarheid van wat er gebeurde – en wat uw Bijbel vermeldt – is niet wat de meeste mensen denken! Als u bereid bent naar het Bijbelse verslag te kijken en naar door gezaghebbende historici vermelde feiten, dan kunt u de waarheid over Pasen en het heidense verleden ervan kennen; en u kunt de waarheid leren kennen van de kruisiging en opstanding van Jezus Christus.
Hoofdstuk 1
Wat ligt verborgen in een naam?
Voor veel belijdende christenen is Pasen de heiligste feestdag van het jaar. Voor anderen is het een tijd om te showen met hun nieuwe kleren en misschien met een hoed. Voor kinderen is het een spannende tijd om te zoeken naar helder gekleurde eieren die in de tuin of ergens rond het huis zijn verstopt. Sommige kinderen krijgen zelfs levende kuikens of konijnen van goedbedoelende ouders.
Maar bedenk eens: wat heeft dit allemaal te maken met de opstanding van Jezus Christus? Het eenvoudige antwoord is: absoluut niets! Niettemin zien de meeste mensen zulke gewoonten als onschadelijk plezier voor kinderen. Maar is dat ook zo? Of verduisteren ze de waarheid over de belangrijkste gebeurtenis in de menselijke geschiedenis: Christus’ leven, boodschap, kruisiging en opstanding?
Ik vertel vaak een waargebeurd verhaal over mijn oom George. Hij was iemand met een kleurrijk karakter, om het zacht uit te drukken. Hij was een selfmade man die het ouderlijk huis op 16-jarige leeftijd verliet en later diverse elektronische instrumenten uitvond die in de olieboorindustrie worden gebruikt. Ik wist al vele jaren dat hij een overtuigd atheïst was, maar ik wist nooit waarom, tot hij dit enkele jaren voor zijn dood aan mij uitlegde. Toen hij vijf jaar oud was, zei zijn moeder, mijn grootmoeder, tegen hem buiten te gaan zoeken naar eieren die de konijnen hadden gelegd. Het was paaszondag. Zelfs op die jonge leeftijd wist hij dat konijnen geen eieren leggen, omdat mijn grootmoeder konijnen fokte voor de verkoop. Hij protesteerde onmiddellijk: “Konijnen leggen geen eieren.” En zij antwoordde: “Georgie, als je echt heel goed zoekt, zul je ze vinden.”
Zoals hij mij verklaarde heeft hij hard gezocht, maar hij vond er geen een. Hij ging terug naar huis en liet haar met afkeer weten: “Moeder, u hebt tegen me gelogen. Konijnen leggen geen eieren.” En hij verklaarde verder: “Het was toen dat ik het hele idee van God en Christendom in twijfel begon te trekken.”
Waarom liegen christenen tegen hun kinderen over zulke dingen terwijl het Negende Gebod zegt: “U zult geen vals getuigenis spreken tegen uw naaste”? Zijn zij zich niet bewust van Openbaring 21:8 waar staat: “… alle leugenaars: hun deel is in de poel die van vuur en zwavel brandt. Dit is de tweede dood”? Misschien zijn deze leugentjes om bestwil veel ernstiger dan wij beseffen! Misschien moeten wij er nog eens over nadenken wat wij onze kinderen leren!
Wat de geschiedenis onthult
Waar komen deze schijnbaar onschadelijke leugens en vreemde gewoonten vandaan? Geschiedkundigen onthullen veel over de oorsprong van de paastradities, te beginnen met de naam zelf. De naam voor het feest in sommige andere talen is al een duidelijke aanwijzing. Het Engelse Easter is niets anders dan een andere spelling van de naam van de Angelsaksische godin Eostre. Maar waar komt deze godin vandaan? De New World Encyclopedia legt een verband tussen Eostre en Easter met de zeer populaire oude godin Isjtar: “Geleerden speculeren eveneens dat Eostre, de Angelsaksische lentegodin, wier naam later het moderne Engels ‘Easter’ deed ontstaan, etymologisch met Isjtar verbonden kan zijn” (artikel “Ishtar”).
Het is interessant dat de Melkitische Grieks-katholieke Kerk dit over de oorsprong van de naam Easter erkent, maar een iets andere spelling geeft dan Isjtar. Het huidige Engelse woord Easter komt uit het Oudengels en verwees oorspronkelijk naar de noordse godin van de vruchtbaarheid Istra – die werd gesymboliseerd door een konijn.
Vandaar het verband tussen Pasen [Easter] en konijnen of hazen (red.: in Nederland]. Maar waarom werd Istra door een konijn gesymboliseerd? Historici bevestigen het bestaan van deze godin, ook wel gespeld als Isjtar, en Istra was bekend als de godin van de vruchtbaarheid, terwijl het konijn een heel bekend vruchtbaarheidssymbool is. Ook vandaag kan men de uitdrukking zich voortplanten als konijnen horen gebruiken. Een voorbeeld hiervan is te zien in het novembernummer van 2011 van de Scientific American, in een artikel getiteld “Waarom pioniers zich voortplanten als konijnen”.
Het konijn is niet het enige vruchtbaarheidssymbool dat vanuit de oudheid werd overgedragen. The Oxford Companion to World Mythology verklaart over Easter [Pasen]: “De feestdag valt in het vroege voorjaar en is duidelijk gerelateerd aan oude vruchtbaarheidsmythen van wedergeboren helden … Voor velen is Easter synoniem met vruchtbaarheidssymbolen als het paaskonijn [in Ned.: paashaas], het paasei en de paaslelie” (artikel “Easter”, p. 111).
Pasen en het ei
Al is het ei duidelijk een vruchtbaarheidssymbool, veel historici leiden de oorsprong van het paasei terug naar de Babylonische mythe van een groot ei dat uit de hemel in de rivier de Eufraat viel en waaruit vervolgens de godin Astarte werd uitgebroed. Astarte werd vereerd door de oude Phoeniciërs als de godin van de maan en de meetster van tijd. Maar wie was Astarte? Is er enig verband tussen deze godin en de paastradities? Historici zeggen dat Astarte een andere naam voor Isjtar is. “De naam Isjtar is waarschijnlijk van Semitische oorsprong, en werd in oude tijden geïdentificeerd met de Kanaänitische godin Asjtoreth of Astarte” (New World Encyclopedia, artikel: “Ishtar”).
Zoals we beginnen te zien heeft deze godin – waarvan de naam in het Engels en Duits is afgeleid van een naar veronderstelling zeer plechtige Christelijke viering – een behoorlijk verleden. Zij was geen obscure figuur, maar was onder verschillende namen in verschillende talen en culturen bekend. De zeer gerespecteerde Encylopaedia Britannica bevestigt het verband tussen Astarte en Isjtar: “Astarte werd aanbeden in Egypte en Ugarit en onder de Hittieten, evenals in Kanaän. Haar Akkadische tegenhanger was Isjtar. Later werd zij gelijkgesteld met de Egyptische godheden Isis en Hathor (een godin van de hemel en van vrouwen), en in de Grieks-Romeinse wereld met Aphrodite, Artemis en Juno” (artikel “Astarte”).
Dezen verwijzen allemaal naar dezelfde godin, ofwel met verschillende spellingen ofwel met verschillende namen in de diverse culturen. Hier is een citaat waarin Isjtar wordt verbonden met een andere belangrijke naam: “Isjtar, een godin van zowel vruchtbaarheid als oorlog, is de Akkadische naam van de Soemerische godin Inanna en de Semitische godin Astarte, de drie namen die verwijzen naar dezelfde godheid in verschillende culturen. Zij inspireerde grote toewijding aan haar in het oude Babylonische rijk, zoals blijkt uit de vele grote tempels, altaren, inscripties en kunstobjecten die aan haar gewijd zijn” (New World Encyclopedia, artikel “Ishtar”).
Het is interessant dat precies zoals er in de oude culturen een verband ontstond tussen de maan en de diverse vruchtbaarheidsgodinnen, het konijn in veel van deze mythen daarmee werd vervlochten. Waarom het konijn? Met een drachttijd van ongeveer een maand werd de konijnencyclus in een aantal culturen geassocieerd met de maancyclus.
Hoewel wij er met ons hedendaagse begrip van de biologie om kunnen lachen, waren er in de oudheid veel mensen die geloofden dat het konijn een tweeslachtig wezen was, een dier dat zich kon vermenigvuldigen zonder zijn maagdelijkheid te verliezen. Dit leidde tot een associatie tussen het zogenaamd maagdelijke konijn en de Maagd Maria, zoals uitgebeeld in de Madonna van het Konijn van schilder Titiaan. Toen voormalige godinaanbidders het christendom ontdekten, was het voor hen al te gemakkelijk hun oude verering van een godin over te dragen op Maria, in strijd met de Bijbel en het werkelijke Christendom. Aldus werden de diverse mythen verspreid en kregen ze de overhand.
Natuurlijk waren er, net als er de variaties van mythen waren in de verschillende wereldculturen, ook variaties in verering van de ene cultuur tot de andere, precies zoals we in onze moderne wereld variaties zien in naamsspellingen en gewoonten bij de verering van goden die de nationale en culturele grenzen overstijgen.
Maar maakt dit enig verschil? Wat maakt het uit zolang we Christus’ opstanding vieren? Als er geen God was, maakte het waarschijnlijk niet uit, maar als de God van de Bijbel bestaat, maakt het heel veel uit!
God instrueerde Mozes het oude Israël te waarschuwen: “… de naam van andere goden zult gij niet noemen, hij zal uit uw mond niet gehoord worden” (Exodus 23:13, NBG-vert. 1951). Toch doen de meeste belijdende christenen dat juist wel! En wij kunnen niet steunen op het oude argument dat deze waarschuwing alleen voor de Joden onder het Oude Verbond gold. Maleachi 3:6 zegt ons dat God niet verandert en Hebreeën 13:8 zegt ons: “Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid”! Deze zelfde Jezus Christus was, voor Zijn geboorte als mens, nu juist dat lid van de Godfamilie dat Exodus 23:13 inspireerde. Paulus schrijft hierover: “En ik wil niet, broeders, dat u er geen weet van hebt dat onze vaderen allen onder de wolk waren en allen door de zee zijn gegaan, en dat allen in Mozes gedoopt zijn in de wolk en in de zee, en allen hetzelfde geestelijke voedsel gegeten hebben, en allen dezelfde geestelijke drank gedronken hebben. Zij dronken namelijk uit een geestelijke rots, die hen volgde; en die rots was Christus” (1 Korinthe 10:1-4 [nadruk vetgedrukte woorden door ons]). Is het een wonder dat Jezus protesteert: “Waarom noemt u Mij: Heere, Heere, en doet niet wat Ik zeg?” (Lukas 6:46).
Als Jezus Christus de viering van Pasen had verkondigd, zouden we natuurlijk verplicht zijn geweest te doen zoals Hij ons had geïnstrueerd. Zelfs als het Zijn apostelen waren geweest, die waren begonnen met de viering overeenkomstig Zijn instructies, zouden we er goed aan doen hun voorbeeld te volgen. Maar Christus noch de apostelen hebben ons enig voorbeeld nagelaten van het vieren van een dergelijk feest.
Zoals we in dit hele boekje zullen zien, viert de overgrote meerderheid van de christenen in naam van vandaag een feest waarvan de Bijbel openbaart dat het niet zomaar een niet-Christelijk feest is; het is in feite een weerzinwekkend feest voor God. Erger nog: de meesten negeren het werkelijke feest dat Jezus Christus hield en Zijn discipelen leerde te houden als herinnering aan Zijn offerdood. Lees verder en leer de verbazende waarheid kennen die uw leven voor altijd kan veranderen!
Hoofdstuk 2
De koningin van de hemel
Zoals we hebben gezien was Isjtar de oude godin van de vruchtbaarheid en de liefde en was zij ook bekend onder de namen Istra, Eostre, Easter, Astarte, Aphrodite, Artemis en Inanna. In het Hebreeuws was Asjtaroth de meervoudsvorm van Astarte en wij vinden veel verwijzingen naar de aanbidding van Asjtaroth in het Oude Testament, maar nooit in een positieve context! Zij schijnt ook bekend te zijn geweest als de koningin van de hemel, zoals we leren uit The New World Encyclopedia: “Astarte kan ook de ‘koningin van de hemel’ zijn geweest over wie de profeet Jeremia verscheidene eeuwen later sprak tijdens de zevende of vroege zesde eeuw v. Chr. Hier vreesde het volk van Juda dat zij door acht te slaan op de woorden van de profeten en het verzaken van de aanbidding van de godin rampen over zichzelf hadden gebracht” (artikel: “Astarte”).
Een hoge prijs om te betalen
De encyclopedie gaat verder met te verwijzen naar Jeremia 44:18, een instructieve passage in de Bijbel waaraan we goed zouden doen die nauwkeurig te onderzoeken. Het speelt kort nadat de Joodse natie in handen viel van koning Nebukadnezar en zijn Chaldeeuwse Rijk. De meeste mensen werden gedood of naar Babylon gedeporteerd, maar een klein aantal armen onder hen werd achtergelaten. Ook Jeremia werd gespaard en mocht in het land Judea blijven.
De overgebleven leiders benaderden Jeremia met het verzoek Gods wil voor hen te zoeken. Moesten zij in Judea blijven of naar Egypte gaan? Zij verzekerden Jeremia ondubbelzinnig dat zij zouden doen wat God aangaf: “Hetzij goed, hetzij kwaad, wij zullen luisteren naar de stem van de HEERE, onze God, tot Wie wij u zenden, zodat het ons goed zal gaan wanneer wij luisteren naar de stem van de HEERE, onze God” (Jeremia 42:6).
Tien dagen later gaf Jeremia hun Gods antwoord – dat zij in Judea moesten blijven – maar nu kwamen zij terug op hun eerdere toezegging en hadden er hun hart op gezet naar Egypte te gaan. Hoe getrouw volgens de menselijke natuur! Wij willen Gods wil doen … zolang die maar overeenstemt met de onze!
Door Zijn profeet Jeremia gaf God opnieuw een strenge aanklacht tegen dit opstandige overblijfsel na hun aankomst in Egypte. “… Waarom doet u uzelf zo’n groot kwaad aan dat u onder u man en vrouw, kind en zuigeling uit het midden van Juda uitroeit, en zelfs geen overblijfsel bij u overlaat? U doet dat door Mij tot toorn te verwekken met de werken van uw handen, door reukoffers te brengen aan andere goden in het land Egypte, waar u gekomen bent om daar als vreemdeling te verblijven, zodat u uzelf uitroeit en u tot een vloek en tot smaad wordt onder al de volken van de aarde!” “Tot op deze dag zijn zij niet verbrijzeld van hart. Bevreesd zijn zij niet. Volgens Mijn wet en volgens Mijn verordeningen die Ik u en uw vaderen gegeven heb, hebben zij niet gewandeld” (Jeremia 44:7-8, 10).
Afgoderij was een hoofdoorzaak waarom het huis Israël in ballingschap ging, en later werd het huis Juda om dezelfde reden omvergeworpen. Zij verdedigden hun opstandigheid jegens hun Schepper in plaats van deze eerlijk toe te geven. Ongetwijfeld zullen slechts weinigen die dit boekje lezen letterlijk wierook branden om een letterlijk beeld of valse god te eren, en daarom kunnen wij de daden van de Israëlieten misschien heel gemakkelijk veroordelen. Maar doen velen van ons op onze eigen manier niet hetzelfde? Verdedigen wij ook niet onze heidense gewoonten en tradities terwijl we tekortschieten in het gehoorzamen van onze Schepper? Let op hun reactie ,en de connectie met de koningin des hemels: “Wat het woord betreft dat u in de Naam van de HEERE tot ons gesproken hebt – wij zullen niet naar u luisteren. Nee, wij zullen beslist alle dingen doen die uit onze mond zijn uitgegaan, door reukoffers te brengen aan de koningin van de hemel en plengoffers voor haar uit te gieten, zoals wij gedaan hebben, wij en onze vaderen, onze koningen en onze vorsten, in de steden van Juda en op de straten van Jeruzalem. Toen werden wij met brood verzadigd, hadden wij het goed en hebben wij geen kwaad gezien. Maar van toen af dat wij ermee zijn opgehouden aan de koningin van de hemel reukoffers te brengen en plengoffers voor haar uit te gieten, hebben wij aan alles gebrek gehad en kwamen wij door het zwaard en door de honger om” (Jeremia 44:16-18).
Koeken voor de Koningin
Hoe gemakkelijk worden mensen misleid! Dit armzalige Joodse restant verkoos een heidense godin zonder kracht te aanbidden in plaats van de Schepper van het universum en Degene die hen eerder uit de Egyptische slavernij had bevrijd om een natie te worden. De houding die wij vandaag aantreffen onder de meerderheid van de belijdende christenen is niet zo heel verschillend van die van het volk uit Jeremia’s tijd – ten koste van alles de traditie verdedigen boven de Bijbel! Als één menselijke redenering tekortschiet, probeer dan een andere. Hier is een redenering die wij waarschijnlijk vandaag niet zullen vinden: “En als wij, vrouwen, aan de koningin van de hemel reukoffers brengen en plengoffers voor haar uitgieten, gaat het dan buiten onze mannen om [d.w.z. ‘is het zonder hun permissie’] dat wij voor haar offerkoeken maken naar haar beeltenis, en voor haar plengoffers uitgieten?” (Jeremia 44:19).
Jeremia antwoordde de mensen door de reden te verklaren voor de val van hun natie en de jammerlijke toestand waarin zij verkeerden. “Zou de HEERE niet gedacht hebben aan het wierookoffer dat u in de steden van Juda en op de straten van Jeruzalem in rook liet opgaan, u en uw vaderen, uw koningen en uw vorsten, en de bevolking van het land, en zou dat niet in Zijn hart opkomen? De HEERE kon het niet langer verdragen vanwege uw slechte daden, vanwege de gruweldaden die u deed. Daarom is uw land geworden tot een verwoesting, tot een verschrikking en tot een vloek, zodat er geen bewoner meer is, zoals het heden ten dage is. Vanwege het feit dat u reukoffers gebracht hebt en dat u gezondigd hebt tegen de HEERE, niet geluisterd hebt naar de stem van de HEERE en niet volgens Zijn wet, volgens Zijn verordeningen en volgens Zijn getuigenissen gewandeld hebt, daarom is dit onheil u overkomen, zoals het heden ten dage is” (Jeremia 44:21-23).
Een familietraditie
Het is niet dat de mensen niet waren gewaarschuwd. Jaren eerder, voor de tijd van hun ballingschap, had Jeremia hen berispt wegens hun verering van deze koningin van de hemel en hun gezegd wat de resultaten zouden zijn als zij zich niet bekeerden. Maar zoals we weten kunnen tradities die met emoties en familiesentimenten zijn beladen een sterke aantrekkingskracht uitoefenen! Bij deze heidense vieringen en gewoonten was de hele familie betrokken. Elk lid nam deel aan deze warme en troostrijke familieaangelegenheid. “De kinderen sprokkelen hout, de vaders steken het vuur aan en de vrouwen kneden deeg om offerkoeken te maken voor de koningin van de hemel …” (Jeremia 7:18). We moeten niet de aantrekkingskracht onderschatten die zulke vieringen op de menselijke psyche hebben.
Het bakken van broodkoeken klinkt onschuldig genoeg. Natuurlijk is het probleem niet het brood, maar het doel waarvoor de mensen het bakken. Hoeveel belijdende christenen lezen deze woorden, kijken neer op die arme misleide stam Juda, maar doen vervolgens precies hetzelfde? Wat Jeremia in deze verzen beschrijft is één paasgebruik dat tot op vandaag in sommige landen in de wereld populair is – het bakken van kleine koeken of broodjes met een kruis dat er voor het bakken in wordt gesneden, of een zoet glazuurkruis erop na het bakken. Deze zijn vooral populair op wat Goede Vrijdag heet, de veronderstelde dag van Jezus’ kruisiging. Bekijk het volgende citaat dat deze broodjes beschrijft op het populaire British Food History blog van april 2012 eens in het licht van Jeremia’s openlijke veroordeling: “Het kruis is, nemen de mensen aan, om het kruis aan te geven waarop Jezus werd gekruisigd. Dit is in feite onzin; gekruide broodjes met kruizen werden in een groot deel van het heidense Europa gemaakt. Gekruide broodjes zijn altijd symbool geweest in de eredienst en die broodjes versierd met een kruis werden gemaakt voor de godin Eostre (waar Easter [Engels voor Pasen] zijn naam van heeft).”
Gods reactie volgt op Jeremia’s beschrijving van deze praktijk: “Verwekken zij Mij tot toorn? spreekt de HEERE. Doen zij het zichzelf niet aan, tot schande van hun eigen gezicht? Daarom, zo zegt de Heere HEERE: Zie, Mijn toorn en grimmigheid zullen uitgegoten worden over deze plaats, over de mensen en over de dieren, over de bomen op het veld en over de vruchten van het land. Die zullen branden en niet geblust worden” (Jeremia 7:19-20).
De Encyclopaedia Britannica verbindt de koningin van de hemel met Astarte, ook bekend als Asjtoreth, wier aanbidding door God wordt veroordeeld. “Astarte/Asjtoreth is de koningin van de hemel aan wie de Kanaänieten brandoffers en drankoffers brachten (Jeremia 44)”. De Bijbel verwijst naar Asjtoreth als een gruwelijke heidense godin (1 Koningen 11:5, 33; 2 Koningen 23:13).
Ezechiël 8 introduceert nog een element bij dit duistere beeld. Ezechiël is in Babylonische ballingschap en wordt in een visioen naar de tempel in Jeruzalem gebracht waar hem de door het volk begane gruwelen worden getoond. Eerst wordt hij meegenomen “… naar de ingang van de poort van de binnenste voorhof die naar het noorden gekeerd is, waar zich de zetel van het afgodsbeeld van de na-ijver bevond, dat na-ijver oproept” (Ezechiël 8:3). Wat zou dit kunnen zijn? We kunnen het misschien niet helemaal zeker weten, maar de zeer gerespecteerde New Bible Commentary Revised doet een beredeneerde gissing. “Het beeld van de na-ijver … kan een beeld van de Kanaänitische godin Asjerah zijn geweest. Manasse had een dergelijk beeld opgericht … in de Tempel en later weer weggehaald (2 Kron. 33:7, 15).”
Maar wie is de Kanaänitische godin Asjerah? “Andere namen voor deze godheid waren Asjtoreth [Astarte] en Anath. Vaak uitgebeeld als een naakte vrouw die schrijlings op een leeuw zit met een lelie in de ene hand en een slang in de andere…. Kenmerkend Kanaänitisch, symboliseert de lelie gratie en sexappeal en de slang vruchtbaarheid [het vermogen nageslacht in grote aantallen voort te brengen]” (Unger’s Bible Dictionary, artikel “Asherah”).
We kunnen niet met zekerheid zeggen dat dit “beeld van de na-ijver” inderdaad deze godin was, maar deze godin die we met zoveel namen terugvinden heeft alles te maken met sex appeal, vruchtbaarheid en diverse gewoonten die wij nu met Pasen associëren! We weten dat er op zich niets zondigs is aan konijnen, eieren, koeken of lelies, maar, wanneer de naam Easter [Pasen] ermee verbonden is, zouden we ons moeten afvragen waarom iets hiervan met Christus geassocieerd zou moeten worden.
Ezechiël werd verder gezegd opnieuw te kijken om nog grotere gruwelen te zien. Na enig graafwerk door een muur kwam hij bij een deur waar hij doorheengaat en dan ziet “… alle stinkgoden van het huis van Israël, helemaal in het rond in de muur gegrift” (Ezechiël 8:10). Vervolgens wordt hem gezegd: “… U zult nog meer grote gruweldaden zien die zij doen” (v. 13). En wat ziet hij dan? Hij ontdekt “… vrouwen die de Tammuz beweenden” (v. 14).
Wie was Tammuz, en hoe is hij met Easter [Pasen] verbonden? De online-editie van The New World Encyclopedia volgt een spoor van een belangrijk mythisch verhaal over Isjtars [Easters] afdaling in de onderwereld. Daar tracht zij zich meester te maken van de troon van haar zuster, die de koningin van de onderwereld is. Maar haar zuster, Eresjkigal, hangt Isjtar aan een haak aan de muur. Haar oom komt echter tussenbeide en bevrijdt haar, maar zij moet eerst een vervanging vinden. Haar man Tammuz maakt haar op dat moment boos en zij grijpt hem en sleept hem naar beneden naar de onderwereld.
Isjtar, die in het verhaal ook Inanna heet, heeft al gauw spijt van haar overhaaste daad jegens Tammuz. Nu gaan we verder met het verhaal zoals de New World Encyclopedia het vertelt: “Isjtar regelt dat Tammuz’ zuster hem gedurende zes maanden per jaar vervangt – aldus het mysterie verklarend van het afnemen van de zon in de winter en sterker worden in de zomer. Het verhaal van Isjtar en Tammuz verbeeldt vooraf de verhalen van Cybele en Attis, van Aphrodite en Adonis, en van de Egyptische Isis en Osiris – allemaal verhalen over een jonge god die sterft en een godin die om hem treurt” (artikel “Ishtar”).
Een zonsopgangsdienst en heidense goden uit het oosten
Het is moeilijk voor de meeste mensen die zijn opgegroeid in een in naam christelijke kerk, hetzij katholiek, orthodox, protestants of iets anders, te beseffen hoe zwaar de door hen gekoesterde praktijken zijn beïnvloed door oude heidense gewoonten. Maar er is er nog een te vinden in Ezechiël 8, waar Ezechiël wordt gezegd: “… U zult, opnieuw, nog grotere gruweldaden zien dan deze” (v. 15). Wat zouden deze kunnen zijn?
“Daarop bracht Hij mij naar de binnenste voorhof van het huis van de HEERE. En zie, bij de deur van de tempel van de HEERE, tussen de voorhal en het altaar, bevonden zich ongeveer vijfentwintig mannen, met hun rug naar de tempel van de HEERE en hun gezichten naar het oosten. Die bogen zich neer naar het oosten, voor de zon” (v. 16).
Deze passage beschrijft duidelijk een zonsopgangsdienst, wanneer de zon in het oosten opkomt. Zulke praktijken gaan duizenden jaren terug, waarbij de zon wordt gekoppeld aan oude heidense godheden. De historicus Alexander Hislop observeerde: “Lang voor de vierde eeuw, en lang voor het christelijke tijdperk zelf, werd, op precies die tijd van het jaar, onder de heidenen een feest gevierd ter ere van de geboorte van de zoon van de Babylonische koningin van de hemel en men kan er redelijkerwijze van uitgaan dat, teneinde de heidenen te kalmeren, en het aantal officiële aanhangers van het christendom te doen toenemen, hetzelfde feest werd geadopteerd door de Roomse Kerk door het alleen de naam van Christus te geven. Deze neiging van de kant van de christenen om de heidenen halverwege tegemoet te komen werd al heel vroeg ontwikkeld” (The Two Babylons [De Twee Babylons], p. 93). Festivals rond de zonnewendedagen werden in de naam van heidense goden gehouden lang voordat er enig christelijk idee bestond met betrekking tot het vieren van Kerstmis of Pasen!
In het oosten, in centraal Klein-Azië, werd meer dan duizend jaar vóór de Romeinen door de Hittieten eveneens een grote moedergodin aanbeden. Op de helling van een heuvel dichtbij Sardis bevindt zich een reusachtig rotsreliëf van een moedergodin die door de oude dichters Homerus, Ovidius en Sophocles wordt beschreven als de “Moeder van de Goden, de oudste godin van allemaal” (The Hittite Empire, Garstang, pp. 176-177). Op beelden en reliëfs “neemt” deze Hittitische godheid “de verschijning van een godin van de hemelen aan, of Koningin van de Hemel, een bekende verschijning van Astarte” (ibid., pp. 114, 204-205). Astarte was de Phoenicische godin van de oorlog, de avondster, de godin van de sexuele liefde en vruchtbaarheid. Tempelprostitutie was een deel van haar eredienst. Zij werd vaak naakt uitgebeeld, “met een kroon van koeienhorens die een zonneschijf omsluiten” – vergelijkbaar met de Egyptische godin Isis (Encyclopedia of Gods, p. 33). Het Romeinse leger verspreidde de aanbidding van deze oude Hittitische godin door heel Europa van Duitsland tot Engeland omdat haar cultus “grote gunst vond onder de soldaten” (Garstang, p. 302).
En deze heidense Koningin had een kind. In Egypte werd Isis aanbeden als een van de grootste godheden. Gewoonlijk werd zij uitgebeeld als zittend op een troon “met het kind Horus in haar armen … zowel de officiële theologie als het populaire geloof noemden … Isis en Horus de volmaakte moeder en zoon” (Encyclopaedia Britannica, 15e editie.)
Wat afschuwelijk! Op deze manier werd Jezus – het Woord dat vlees werd gemaakt – verbonden met een moedergodin wier aanbidding van honderden jaren voor Zijn geboorte stamde!
In de hele wereld staan oprechte mensen op paaszondag vroeg op om de zon te zien opgaan. Ik herinner me zo’n gelegenheid toen mijn familie dat deed om deel te nemen aan een zonsopgangsdienst bij Mount Rushmore in South Dakota. Niet alleen gaat deze praktijk terug op de aloude aanbidding van moedergodin-en-kind, maar berust ze ook op de veronderstelling dat Jezus vroeg op zondagmorgen is verrezen. Maar zoals we in het volgende hoofdstuk zullen zien, is zelfs deze eenvoudige kwestie van de keuze van het tijdstip een niet-Bijbelse misleiding!
Hoofdstuk 3
Christus tevergeefs eren
Het kan gemakkelijk zijn om met medelijden − zelfs neerbuigendheid − terug te kijken naar zulke onwetende mensen die in die bespottelijke verhalen en praktijken geloofden. Maar, als dat het geval is, waarom vinden we dan dezelfde symbolen van hun eredienst zo prominent terug in het hedendaagse officiële christendom? Waarom hebben belijdende christenen [red.: althans Engels- en Duitstalige] de naam van die schandelijke heidense godin [Easter] gekozen als de naam voor wat velen als de heiligste van alle christelijke feestdagen beschouwen: Pasen?
Maakt dit werkelijk iets uit? In weerwil van het overweldigende bewijs van de heidense oorsprong van de paasvieringen [red.: vieringen voor Easter], redeneren sommigen dat het vermengen van een klein beetje onschuldig heidendom met christelijke vieringen meer mensen tot Christus brengt en christelijke vieringen meer kleurrijk en vreugdevol maakt. Maar hoe ziet de God van de Bijbel dit? We hebben al in Ezechiël en Jeremia gelezen dat deze heidense praktijken God 2.600 jaar geleden niet behaagden, dus waarom zouden wij denken dat ze Hem vandaag wel behagen?
Veel mensen nemen ten onrechte aan dat het enige wat belangrijk is is dat we in Jezus geloven. Maar is geloof alleen genoeg? Jakobus zegt dat dit absoluut niet zo is! We lezen: “U gelooft dat God één is en daar doet u goed aan. Maar ook de demonen geloven dit, en zij sidderen” (Jakobus 2:19). Verder hebben we gezien dat het mogelijk is te koop te lopen met het eren van Jezus, maar dat tevergeefs te doen? Let op wat Jezus Zelf verklaarde: “Maar Hij antwoordde hun: Terecht heeft Jesaja over u, huichelaars, geprofeteerd zoals er geschreven staat: Dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart houdt zich ver bij Mij vandaan. Maar tevergeefs eren zij Mij door leringen te onderwijzen die geboden van mensen zijn” (Markus 7:6-7).
Jezus stelde deze uitdagende vraag: “Waarom noemt u Mij: Heere, Heere, en doet niet wat Ik zeg?” (Lukas 6:46). Een van de dingen waarvoor Jezus de godsdienstleiders van Zijn tijd veroordeelde was dat zij Gods geboden verwierpen en vervingen door hun tradities. Een van Gods geboden is dat Zijn volk geen heidense ideeën mocht overnemen en ze met Zijn vieringen vermengen. Ons wordt uitdrukkelijk gezegd niet te denken: “… Zoals deze volken hun goden gediend hebben, zo zal ik het ook doen. U mag ten aanzien van de HEERE, uw God, niet doen zoals zij! Want alles wat voor de HEERE een gruwel is, wat Hij haat, hebben zij voor hun goden gedaan. … Dit alles wat ik u gebied, moet u nauwlettend in acht nemen. U mag er niets aan toevoegen en er ook niets van afdoen” (Deuteronomium 12:30-32).
En toch is dit precies wat het traditionele christendom doet! Zeer gerespecteerde encyclopedieën en geschiedenisboeken erkennen dat veel van wat we denken dat christelijk is dat eenvoudig niet was en niet is. Het gerespecteerde Eerdman’s Handbook to the History of Christianity erkent: “De christelijke kerk nam veel heidense ideeën en voorstellingen over. Van de zonaanbidding bijvoorbeeld kwam de viering van Christus’ geboorte op de vijfentwintigste december, de geboortedag van de zon. Saturnalia, het Romeinse winterfeest van 17-21 december, verschafte de vrolijkheid, het cadeautjes geven en kaarsen branden die typisch zijn voor de latere kerstdagen. Zonaanbidding bleef populair in het Romeinse christendom en paus Leo I berispte in het midden van de vijfde eeuw de aanbidders die zich omkeerden om voor de zon te buigen voordat zij de basiliek van St. Petrus binnengingen. Sommige heidense gewoonten werden later gekerstend, bijvoorbeeld het gebruik van kaarsen, wierook en lauwerkransen, die door de kerk aanvankelijk werden vermeden omdat zij het heidendom symboliseerden” (pp. 131-132). Om hierover meer te weten te komen kunt u ons gratis boekje Is Kerstmis Christelijk? aanvragen.
Zoals we al hebben getoond zijn deze heidense invloeden ook duidelijk te zien in de paastradities [red.: d.w.z. Easter-tradities). We zouden er goed aan doen ons af te vragen hoe het mogelijk is dat heidense gebruiken gekerstend worden? Heel vaak hebben belijdende christenen die het Oude Testament lezen een misleid begrip aangaande de aard van het werkelijke probleem van het oude Israël. Terwijl het waar is dat zij zich in verschillende tijden geheel overgaven aan heidense invloeden, is dat niet het hele verhaal.
In de dagen van de beroemde profeet Elia was hun belangrijkste probleem het vermengen van heidendom met de aanbidding van de ware God. Nadat Elia had gebeden dat het drieënhalf jaar niet zou regenen, in een poging de mensen de ogen te openen voor hun zonden, riepen Elia en koning Achab het volk bijeen om de kwestie te beslissen. Elia’s vraag aan het volk was heel instructief: “Hoelang hinkt u nog op twee gedachten? Als de HEERE God is, volg Hem, maar als het de Baäl is, volg hem!” (1 Koningen 18:21). Zijn vraag wijst op een vermenging van de aanbidding van de ware God met de heidense Baälaanbidding. Dit is wat The New Bible Commentary Revised zegt over Elia’s vraag:
“Het lijkt wel letterlijk te zijn: ‘Tot wanneer hinkt u op twee gedachten?’ De zonde van de mensen was niet het verwerpen van de aanbidding van [God], maar deze trachten te combineren met de aanbidding van Baäl. Een dergelijk syncretisme [het vermengen van religieuze gebruiken en aanbidding] wordt altijd beschouwd als ruimdenkendheid, terwijl het tegendeel bekrompenheid heet. Maar [de God] van Israël liet geen ruimte voor andere goden. Elia maakte dit duidelijk: Als Jahweh God is, volg hem, maar als Baäl god is, volg dan hem.”
De heidense oorsprong en viering van Pasen is een groot probleem voor het belijdende christendom, maar het is slechts een deel van het probleem. Naast het vermengen van heidense gewoonten en tradities met de aanbidding van de ware God, in strijd met Zijn gebod, vinden we dat zelfs het deel van Pasen dat naar men veronderstelt wel uit de Bijbel komt verschrikkelijk gebrekkig is – zoals we zullen zien in het volgende hoofdstuk van dit boekje!
Hoofdstuk 4
Drie dagen en drie nachten
Hebt u ooit nagedacht over waarom u de dingen gelooft die u gelooft? Als wij werkelijk eerlijk zijn tegenover onszelf, gelooft ieder van ons in eerste instantie wat ons werd geleerd toen we opgroeiden. Zelfs als u het geloof in God terzijde hebt geschoven, dan nog accepteert u waarschijnlijk de dingen waarvan u denkt dat ze in de Bijbel staan. U heeft misschien nog altijd het beeld van een langharige Jezus en Zijn twaalf discipelen die allemaal aan dezelfde kant van een lange tafel zitten, terwijl zij eten wat het laatste avondmaal wordt genoemd. Helaas is dit een slap aftreksel van wat er werkelijk plaatsvond. Zelfs zij die nooit door de deuren van een kerkgebouw gaan voor iets anders dan een bruiloft of een begrafenis, denken dat de Bijbel leert dat Jezus op vrijdag werd gekruisigd en op zondagmorgen weer opstond uit het graf.
Elk jaar vieren zogenaamde christenen en atheïsten in New Orleans Mardi Gras en dergelijke feesten door heel Midden- en Zuid-Amerika. Het is een tijd van feestvieren en “je laten gaan”. Hoevelen realiseren zich dat dit is verbonden met paasvieringen? Mardi Gras betekent eenvoudig vette dinsdag en is de laatste dag om je helemaal uit te leven (soms letterlijk!) voordat de volgende dag de 40 dagen van vasten beginnen. Dit wordt gevolgd door Goede Vrijdag en paaszondag. Er is ook nog een aantal andere speciale dagen die zijn ingevoegd, zoals Palmzondag en Aswoensdag, waarvan geen een volledig op de Bijbel is gebaseerd.
Deze gewoonten en tradities zijn zo diep ingeworteld in de geest en cultuur van de mensen dat het ketters lijkt als iemand ze in twijfel trekt. Toch wordt ons in 1 Thessalonicenzen 5:21 gezegd: “Beproef alle dingen, behoud het goede.”
Vrijwel iedereen die iets over de Bijbel denkt te weten gelooft dat Jezus op een vrijdag werd gekruisigd, laat in de middag van die dag in het graf werd gelegd en vervolgens op zondagmorgen vroeg werd opgewekt.
Maar waar komt dit idee vandaan? Mensen nemen wellicht aan dat zij het in de Bijbel hebben gelezen, omdat hun dat op de zondagschool werd geleerd. Het is wat zij elk jaar zien – miljarden belijdende christenen nemen Goede Vrijdag in acht en denken aan Christus’ kruisiging, en vervolgens vieren ze twee dagen later (of is het anderhalve dag?) paaszondag. Zonsopgangsdiensten worden op grote schaal aangekondigd, en de mensen gaan erheen, omdat “iedereen het doet”. Waarom zou iemand het dan welbeschouwd anders willen doen?
Welnu, als de Bijbel iets anders zegt, zouden we het zeker anders moeten doen. Tenslotte is de Bijbel, ongeacht met hoeveel menselijke gewoonten we voor de dag komen (eieren leggende konijnen of hazen? Werkelijk?), in feite de enige waarlijk betrouwbare bron waartoe we ons kunnen wenden voor een juist antwoord op deze vraag.
Het enige teken dat Jezus gaf
We kunnen beginnen met een eenvoudige vraag: hoelang zei Jezus Zelf dat Hij in het graf zou zijn? “Toen antwoordden sommigen van de schriftgeleerden en Farizeeën: Meester, wij zouden van U een teken willen zien. Maar Hij antwoordde en zei tegen hen: Een verdorven en overspelig geslacht verlangt een teken, maar het zal geen teken gegeven worden dan het teken van Jona, de profeet. Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van de grote vis was, zo zal de Zoon des mensen drie dagen en drie nachten in het hart van de aarde zijn” (Mattheüs 12:38-40).
Sta hier bij stil: Jezus zei dus dat er aan die generatie geen ander teken zou worden gegeven behalve het teken van Jona. Wat was dat teken? Het was dat Jezus precies evenveel tijd in het graf zou zijn als Jona in de buik van een grote vis. Hoe veel tijd was dat? Volgens zowel Jezus als Jona drie dagen en drie nachten!
Hoe u het ook probeert, u krijgt geen drie dagen en drie nachten geteld tussen vrijdagmiddag en zondagmorgen. Zelfs als u delen van dagen telt, komt u nog steeds tekort. Probeer het voor uzelf. De Bijbel zegt ons dat Jezus tegen zonsondergang in het graf werd gelegd, maar sommigen tellen een paar minuten voor zonsondergang als dag één. Vrijdagnacht zou de eerste nacht zijn; het daglichtgedeelte van zaterdag zou de tweede dag zijn en zaterdagnacht de tweede nacht. Als nu Jezus op zondagmorgen na zonsopkomst opstond, konden we dat als dag drie beschouwen, maar waar is dan de derde nacht? Die is er niet! En dat is dan nog door een paar minuten daglicht aan het begin en aan het eind als twee van de drie dagen te tellen.
Veel christenen in naam hebben zelfs nooit Mattheüs 12:38-40 gelezen, en van degenen die het wel hebben gelezen, hebben velen nooit werkelijk bestudeerd wat de betekenis ervan is. Bijgevolg nemen belijdende christenen dikwijls simpelweg aan dat de periode van Goede Vrijdag tot paaszondag als drie dagen telt. Maar dat is niet wat Jezus zei en bedoelde! Als wij de traditie van Goede Vrijdag/paaszondag aanvaarden, hebben we drie mogelijkheden: 1) we hebben het teken dat Jezus gaf niet goed begrepen; 2) Jezus vergiste zich en Hij is dus niet onze Verlosser, of 3) de Goede Vrijdag/paaszondagtraditie is verkeerd.
Heeft de wereld het teken dat Jezus gaf dus wel goed begrepen? Zo ja, wat zijn dan de implicaties? Vergiste Hij zich over hoe lang Hij in het graf zou zijn? Bedoelde Hij letterlijk drie dagen én drie nachten, omdat we hebben gezien dat je geen drie dagen en drie nachten kan tellen tussen vrijdag laat in de middag en de vroege zondagmorgen. Als Hij bedoelde wat Hij zei, hebben we een belangrijk probleem. In de erkenning van dit probleem zegt The Abingdon Bible Commentary ons ronduit dat Jezus zich heeft vergist: “De gedane uitspraak is niet nauwkeurig, want Jezus was alleen van vrijdagavond tot zondagochtendgloren in het graf” (commentaar op Mattheüs 12:40).
De meeste algemene commentaren zijn niet zo cynisch en kiezen ervoor te verklaren dat de uitspraak niet letterlijk moet worden genomen. Is dat omdat de ware onbevooroordeelde Bijbelteksten dit aantonen? Of is het mogelijk dat de traditie de waarheid probeert af te troeven?
Traditionalisten beweren dat de Griekse uitdrukking die in dit vers wordt gebruikt eenvoudig een dag/nacht betekent, ofwel een enkele dag van 24 uur. Verder dienen de eerste en de derde dag slechts een deel van een dag/nacht zijn. Jezus’ teken hangt echter niet van Mattheüs 12:40 alleen af. Jezus’ woorden werden in het Grieks opgetekend, en het is waar dat de Griekse uitdrukking die in dit vers wordt gebruikt delen van drie dagen kan betekenen. Maar dan nog is die redenering onder kenners van het Grieks op z’n best omstreden (zoals we zojuist hebben gezien in The Abingdon Bible Commentary, die zo nauwkeurig over het Grieks is dat het tot de schokkende slotsom komt dat Jezus zich vergiste!).
Wat is de waarheid? We moeten niet vergeten dat Jezus zei: “Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van de grote vis was, zo zal de Zoon des mensen drie dagen en drie nachten in het hart van de aarde zijn” (Mattheüs 12:40, cursivering door ons). Moeten we daarom niet uitzoeken wat de Bijbel zegt over hoe lang Jona in de buik van de vis was? Wat zegt ons het oorspronkelijke verslag? “… Jona was drie dagen en drie nachten in het binnenste van de vis” (Jona 1:17).
Het boek Jona werd in het Hebreeuws geschreven en naar die taal moeten we dus kijken en het gewone gebruik ervan om die uitdrukking te begrijpen. Appendix 144 in The Companion Bible onderzoekt de betekenis van drie dagen en drie nachten in het Hebreeuwse gebruik. Na een technische uiteenzetting dat drie dagen volgens het Hebreeuwse gebruik al of niet delen van drie dagen kan betekenen, verklaart het appendix vervolgens dat in het Hebreeuws, wanneer er sprake is van dagen én nachten, het zowel drie dagen als drie nachten betekent. Het vat de discussie als volgt samen: “Vandaar dat, als er staat: ‘Jona was drie dagen en drie nachten in het binnenste van de vis’ (Jona 1:17) dit exact betekent wat het zegt en dit dan ook de enige betekenis kan zijn van de uitdrukking in Mattheüs 12:40.”
Dit is de eerste reden dat we weten dat Jezus’ bewering een volle drie dagen en drie nachten betekent – de betekenis van Mattheüs 12:40 kan, wanneer het verslag van Jona in aanmerking wordt genomen, alleen drie dagen en drie nachten betekenen.
In, na en de
De tweede reden, waardoor we weten dat de Goede Vrijdag/paaszondagtraditie een dwaling is, kan worden onderscheiden door te vergelijken met andere uitspraken van Jezus over hoelang Hij in het graf zou zijn. Jezus sprak over Zijn lichaam bij een aantal gelegenheden in figuurlijke zin over Zijn lichaam als “deze tempel” en verklaarde zelfs: “… Breek deze tempel af en in drie dagen zal Ik hem laten herrijzen” (Johannes 2:19).
“In drie dagen” betekent dat het binnen drie dagen moet zijn, maar bij andere gelegenheden lezen we dat Hij na drie dagen opnieuw tot leven zou worden gewekt. “En Hij begon hun te onderwijzen dat de Zoon des mensen veel moest lijden en verworpen worden door de oudsten en overpriesters en schriftgeleerden en gedood worden en na drie dagen opstaan” (Markus 8:31).
Na Zijn opstanding verklaarde Jezus aan Zijn discipelen wat er was gebeurd en waarom. “En Hij zei tegen hen: Zo staat er geschreven en zo moest de Christus lijden en uit de doden opstaan op de derde dag. En in Zijn Naam moet onder alle volken bekering en vergeving van zonden gepredikt worden, te beginnen bij Jeruzalem” (Lukas 24:46-47).
We hebben hier dus drie verschillende uitdrukkingen die verklaren hoe lang Hij in het graf zou zijn: “in drie dagen” en “na drie dagen” en “op de derde dag”. Als we deze drie uitspraken samen naast Mattheüs 12:40 en Jona 1:17 zetten, kan er slechts één tijd zijn die past: exact 72 uur; geen minuut ervoor of een minuut erna. De tijd is precies!
Pascha of Easter/Pasen?
De naam Easter is nergens in de Bijbel te vinden, op één uitzondering na. De vertalers van de King James Version van de Bijbel vertaalden Easter in plaats van Pascha in Handelingen 12:4 [red.: de Nederlandse vertalingen geven Pasen, paasfeest of “Pascha” (HSV)]f. Dat “Pascha” de meest correcte vertaling is wordt zo goed begrepen dat sommige moderne commentaren, zoals The New Bible Commentary Revised, zelfs niets zeggen over het onderwerp, hoewel oudere commentaren (die vertrouwden op de King James Version) er wel over spreken. Bijvoorbeeld Adam Clarke’s Commentary zegt het volgende over Handelingen 12:4 en de juiste vertaling:
“Misschien was er nooit een ongelukkiger, om niet te zeggen absurder, vertaling dan deze in onze tekst [KJV] … De term Easter, hier vertaald door onze vertalers, ontleenden zij aan de oude Angelsaksische dienstboeken … De Saksische [diverse Griekse spellingen] zijn verschillende spellingen van de naam van de godin Easter, wier feest werd gevierd door onze heidense voorvaders in de maand april; vandaar die maand in de Saksische kalender … Elke kijk die wij kunnen hebben op dit onderwerp toont de uitgesproken onjuistheid van het handhaven van een naam die in alle opzichten uitzonderlijk is, en zelfs tastbaar ongerijmd” (Adam Clarke’s Commentary, Handelingen 12:4).
Jamieson, Faussett, and Brown Commentary is bondiger en zegt eenvoudig: “bedoeld na Easter – of eigenlijk na Pascha, d.w.z. nadat het hele feest was afgelopen” (het woord in onze King James Version is een kerkelijke term van latere datum en behoort hier niet te staan).”
Hoofdstuk 5
De betekenis van Pascha?
Er is een derde overtuigend bewijs dat Jezus precies 72 uur in het graf was. Dat bewijs is te vinden in de Bijbelse chronologie van de gebeurtenissen. Helaas wordt dit door weinigen begrepen, omdat de meeste mensen die zichzelf tegenwoordig christen noemen heidense feestdagen en tradities hebben overgenomen en daarmee tegelijk de Feesten en heilige Dagen, die God Zijn volk gegeven had, verkozen te verwerpen – dagen die werden gehouden door Jezus Christus Zelf evenals door Zijn apostelen en de oorspronkelijke Christelijke Kerk van de eerste eeuw.
Waarom nemen de meeste mensen dan aan dat Jezus op een vrijdag werd gekruisigd? De waarheid is dat velen geen ander idee hebben dan dat hun dat is onderwezen. En dan zijn er ook nog degenen die Bijbels meer onderlegd zijn en uit de Bijbel begrijpen dat Hij werd gekruisigd op een voorbereidingsdag die een Sabbat inleidt. We hebben bijvoorbeeld Lukas’ mededeling aangaande Jezus’ begrafenis door Jozef van Arimathea: “Deze ging naar Pilatus en vroeg om het lichaam van Jezus. En toen hij het van het kruis afgenomen had, wikkelde hij het in fijn linnen en legde het in een graf dat in een rots uitgehouwen was, waarin nog nooit iemand gelegd was. En het was de dag van de voorbereiding en de sabbat brak aan” (Lukas 23:52-54).
Zoals alle kenners van de Bijbel behoren te weten begint de wekelijkse Sabbat met zonsondergang op vrijdag en eindigt hij met zonsondergang op zaterdag. Dus oppervlakkig gezien kan het erop lijken dat Jezus op vrijdagmorgen werd gekruisigd en op vrijdagmiddag laat in het graf werd gelegd. Maar dit is niet wat er is gebeurd – zoals we zullen zien.
Veel dwalingen zijn het gevolg van een achteloos aangenomen verkeerde veronderstelling en dit is het geval met dit onderwerp. Er bestaat geen twijfel dat Jezus werd gekruisigd op de voorbereidingsdag voor een Sabbat. Maar wat voor Sabbat was dit? Was het de wekelijkse Sabbat die op vrijdagavond bij zonsondergang begon en op zaterdag bij zonsondergang eindigde? Of was het mogelijk een heilige Dag, een jaarlijkse Sabbat?
Wat gewoonlijk het Laatste Avondmaal wordt genoemd, was in feite het Pascha. Er kan hierover geen twijfel bestaan, hoewel sommige geleerden duidelijke Bijbelteksten verwerpen en iets anders beweren. Mattheüs, Markus en Lukas noemen allemaal Jezus’ laatste maaltijd met Zijn discipelen het Pascha. Hier is Lukas’ verslag: “De dag van de ongezuurde broden brak aan, waarop men het Pascha moest slachten. En Hij stuurde Petrus en Johannes eropuit en zei: Ga heen, maak voor ons het Pascha gereed, zodat wij het kunnen eten. Zij zeiden dan tegen Hem: Waar wilt U dat wij het gereedmaken? En Hij zei tegen hen: Zie, als u de stad binnengaat, zal iemand u tegemoetkomen die een kruik water draagt. Volg hem naar het huis waar hij binnengaat. En u zult tegen de heer des huizes zeggen: De Meester zegt u: Waar is de eetzaal waar Ik het Pascha met Mijn discipelen eten zal? … Zij nu gingen weg en vonden het zoals Hij hun gezegd had; en ze maakten het Pascha gereed. En toen het uur gekomen was, ging Hij aan tafel aanliggen, en de twaalf apostelen met Hem. En Hij zei tegen hen: Ik heb er vurig naar verlangd dit Pascha met u te eten, voordat Ik ga lijden” (Lukas 22:7-15).
Voor verder bewijs zie Mattheüs 26:17-20, waar het Pascha drie maal wordt genoemd in samenhang met Zijn laatste maaltijd. Zie ook Markus 14:12-17, waar het Pascha vier maal wordt genoemd. De drie synoptische evangeliën (Mattheüs, Markus en Lukas) tezamen noemen het Pascha minstens twaalf keer in verband met wat gewoonlijk het Laatste Avondmaal wordt genoemd! Kan er enige twijfel bestaan dat de laatste maaltijd inderdaad het Pascha was?
God rekent elke dag van zonsondergang tot zonsondergang (Genesis 1:3-5). Zo kunnen we zien dat Jezus op de dag van Zijn kruisiging het Pascha met Zijn discipelen hield in de avond, die nacht werd gearresteerd en gedurende het daglichtgedeelte van de Paschadag werd gekruisigd. Het Pascha is een heel speciale dag, maar het is geen Sabbatdag. Echter, zoals we zullen zien was de dag die begon bij zonsondergang na Zijn dood een jaarlijkse Sabbatdag: de eerste dag van het Feest van Ongezuurde Broden!
Veel belijdende christenen zijn bedroevend onwetend over wat de Bijbel werkelijk zegt en velen hebben geen idee van de historische gebeurtenissen van de Schrift. Als de film De Tien Geboden er niet was geweest, dan zouden nog minder mensen iets weten over Israëls reis uit Egypte, maar het is belangrijk voor ons om op de hoogte te zijn van die gebeurtenissen als wij het ware verslag van de kruisiging en opstanding willen begrijpen.
De familie en natie Israël was slaaf in Egypte en diende onder wrede slavernij. In de loop der tijd zond God Mozes om hen te bevrijden en hen naar het land te brengen dat aan hun voorvader Abraham was beloofd. Negen wonderbaarlijke plagen troffen Egypte, maar de Farao weigerde de Israëlieten te laten gaan. Toen kwam de tiende plaag waarbij alle eerstgeborenen in Egypte stierven, behalve degenen die werden beschermd door een speciale ceremonie.
De Israëlieten werd bevolen op de tiende dag van de maand een mannelijk lam (van een schaap of geit) van een jaar oud apart te zetten en de volgende instructies te volgen: “U moet het in bewaring houden tot de veertiende dag van deze maand, en heel de verzamelde gemeenschap van Israël zal het slachten tegen het vallen van de avond. En zij zullen van het bloed nemen en het aan de beide deurposten strijken en aan de bovendorpel, aan de huizen waarin zij het eten zullen. Zij moeten het vlees dezelfde nacht nog eten; op vuur gebraden, met ongezuurde broden, en met bittere kruiden moeten zij het eten. U mag daarvan niets rauw eten, en zeker niet in water gekookt, maar alleen op vuur gebraden, met zijn kop, met zijn poten en zijn ingewanden. U mag daarvan ook niets overlaten tot de morgen. Wat er de volgende morgen van over is, moet u met vuur verbranden. En zo moet u het eten: uw middel omgord, uw schoenen aan uw voeten en uw staf in uw hand. U moet het met haast eten, het is Pascha voor de HEERE” (Exodus 12:6-11).
Nogmaals, de Bijbel rekent de tijd van zonsondergang tot zonsondergang en daarom was dit het begin van de 14e dag, die dat jaar op dinsdagavond na zonsondergang begon. De eerstgeborenen van alle huishoudens werden door de dood overgeslagen indien zij in een huis waren dat met het bloed van een geofferd lam was gemarkeerd – deze avond werd bekend als het Pascha.
Gedurende de daglichturen van 14 Nisan “beroofden” (v. 36) de Israëlieten de Egyptenaren en reisden zij naar de stad Rameses, vanwaar de Exodus begon na zonsondergang aan het begin van 15 Nisan. Het kostte de Israëlieten zeven dagen om van Rameses naar de overkant van de Rode Zee te gaan, en deze tijd werd herdacht als de Dagen van Ongezuurde Broden, omdat de Israëlieten onderweg waren en geen tijd hadden hun brood te laten rijzen.
Het Pascha en de Dagen van Ongezuurde Broden waren heel nauw met elkaar verbonden, zodanig dat we soms zien dat de naam Pascha wordt gebruikt om beide feesten samen aan te duiden. Het verschil tussen het Pascha en het Feest van Ongezuurde Broden wordt duidelijk aangegeven in Leviticus 23:5-7. “In de eerste maand, op de veertiende dag van de maand, tegen het vallen van de avond, is het Pascha voor de HEERE. En op de vijftiende dag van die maand is het Feest van de ongezuurde broden voor de HEERE. Zeven dagen lang moet u dan ongezuurde broden eten. Op de eerste dag moet u een heilige samenkomst hebben. Geen enkel dienstwerk mag u dan doen.” Zie ook Numeri 28:16-18. In beide verslagen leren we dat 15 Nisan, de eerste dag volgend op het Pascha, een dag van samenkomen is en van rusten van ons gewone werk. Het is een jaarlijkse Sabbat – een hoogtijdag – een weinig begrepen feit met verregaande gevolgen, zoals we in het volgende hoofdstuk zullen zien.
Gods Meesterplan
De betekenis van de feesten
Oude Testament |
Nieuwe Testament |
Pascha Bloed van een geofferd lam werd aangebracht rond de deur van Israëlitische huizen die door God werden overgeslagen bij het doden van de Egyptische eerstgeborenen (Leviticus 23:5). |
Pascha Verbeeldt Jezus Christus die Zijn bloed vergiet voor de zonden van de mensheid. |
Dagen van Ongezuurde Broden Een zevendaags feest waarbij zuurdesem uit de woningen wordt verwijderd en er niets gezuurds wordt gegeten (Leviticus 23:6-14). |
Dagen van Ongezuurde Broden Het verwijderen van zuurdesem verbeeldt de plicht van een Christen om zonde te verwijderen uit een leven dat aan Jezus Christus is overgegeven. |
Pinksteren Een dag waarop het binnenhalen van de eerste en kleinere oogst van de twee jaarlijkse oogsten wordt gevierd, 50 dagen vanaf een vastgesteld punt in het voorgaande feest (Leviticus 23:15-22). |
Pinksteren Verbeeldt het ontvangen door de Christen van Gods heilige Geest . |
Bazuinenfeest of Trompettenfeest Door de Joden Rosj Hasjana genoemd; een dag van vreugde die wordt gekenmerkt door het blazen op bazuinen of trompetten (Leviticus 23:23-25) |
Bazuinenfeest of Trompettenfeest Verbeeldt een tijd van oorlog en plagen die leidt tot de eerste opstanding en de terugkeer van Christus als Koning der koningen. |
Grote Verzoendag Een dag van vasten en bekering, bij de Joden bekend als Jom Kippoer (Leviticus 23:26-32). |
Grote Verzoendag Verbeeldt het binden van Satan aan het begin van het Millennium en het één worden van de wereld met God. |
Loofhuttenfeest Een zevendaagse viering van de grote najaarsoogst, gevierd door in tijdelijke woningen te wonen gedurende de tijd van het feest (Leviticus 23:33-43). |
Loofhuttenfeest Verbeeldt het Millennium wanneer de aarde zal worden bestuurd door Jezus Christus en Zijn heiligen. |
Laatste Grote Dag Aansluitend bij het Loofhuttenfeest wordt deze achtste dag beschouwd als een afzonderlijk feest (Leviticus 23:36, 39). |
Laatste Grote Dag Verbeeldt het Oordeel van de Grote Witte Troon wanneer alle mensen die nooit eerder werden geroepen de kans krijgen het ware Evangelie te horen en verlossing en behoud te accepteren |
Hoofdstuk 6
“… want de dag van die sabbat was een grote dag”
Als men niet weet dat de Sabbat direct na Christus’ kruisiging een jaarlijkse Sabbat was, is het moeilijk het nieuwtestamentische verslag te begrijpen, maar met dat begrip opent het hele verhaal zich voor ons. De dag volgend op het Pascha was een hoogtijdag, een jaarlijkse Sabbat waarop geen werk mocht worden gedaan. Jezus hield het Pascha met Zijn discipelen aan het begin van de dag (kort na zonsondergang), daarna werd Hij laat in de middag aan het eind van de Paschadag in het graf gelegd. Toen de zon die dag onderging, begon de eerste dag van Ongezuurde Broden, een jaarlijkse Sabbatdag; dit is precies wat de apostel Johannes openbaart in Johannes 19:31: “Opdat de lichamen niet aan het kruis zouden blijven op de sabbat, omdat het de voorbereiding was (want de dag van die sabbat was een grote dag), vroegen de Joden dan aan Pilatus of hun benen gebroken en zij weggenomen mochten worden.” Natuurlijk laat de Bijbel zien dat Jezus’ benen in werkelijkheid niet werden gebroken (v. 33), in vervulling van de oudtestamentische profetie (Psalm 34:21).
Johannes zegt ons dat het niet de voorbereiding voor een wekelijkse Sabbat was, maar voor een hoogtij-Sabbat! Jezus hield het Pascha met Zijn discipelen op 14 Nisan. Daarna was de volgende dag, zoals Johannes bevestigt (en zoals iedere Bijbelkenner zou moeten weten), een jaarlijkse Sabbat! De dag waarop het Pascha wordt gehouden is ook de voorbereidingsdag voor de eerste dag van het Feest van Ongezuurde Broden.
Waarom wordt dit dan niet algemeen begrepen door de hedendaagse belijdende christenen? Waarom onderwijzen priesters en geestelijken deze waarheid niet duidelijk? Johannes 19:31 is niet onbekend bij Bijbelgeleerden, dus hoe zien zij dit? Verschillende commentaren hebben uiteenlopende verklaringen, maar de Jamieson, Fausset and Brown Commentary on the Whole Bible is typisch in het wegverklaren van de ware betekenis van dit vers, met alleen de beschrijving “de eerste dag van ongezuurde broden en samenvallend met een gewone Sabbat het plechtigste seizoen van het kerkelijke jaar”. De New Bible Commentary Revised zegt: “Het was dubbel belangrijk voor de Joden hun rituele vereisten in acht te nemen op een dag die zowel Sabbat als een feestdag was”. Maar is dit juist? De geleerden erkennen wel dat Jezus stierf op de voorbereidingsdag voor een jaarlijkse Sabbat, maar hun ontgaat het belang van deze uitspraak. Door zich aan hun eigen traditie vast te houden verwerpen zij wat de Bijbel duidelijk leert!
Twee Sabbatten
Wat men in het algemeen over het hoofd ziet is dat de Bijbel twee Sabbatten vermeldt gedurende de tijd dat Jezus in het graf was! De Bijbel zegt ons dat de vrouwen rustten op de sabbat en daarna specerijen kochten. “En toen de sabbat voorbijgegaan was, hadden Maria Magdalena, Maria, de moeder van Jakobus, en Salome specerijen gekocht om Hem te gaan zalven” (Markus 16:1). Let erop dat dit plaatsvond na de Sabbat!
Maar Lukas 23 zegt ons dat zij de specerijen bereidden en daarna rustten op de Sabbat. “En het was de dag van de voorbereiding en de sabbat brak aan. En ook de vrouwen die met Hem uit Galilea gekomen waren, volgden en zagen het graf en hoe Zijn lichaam erin gelegd werd. En toen zij teruggekeerd waren, maakten zij specerijen en mirre gereed. En op de sabbat rustten ze overeenkomstig het gebod” (Lukas 23:54-56).
Het spreekt vanzelf dat men niet de specerijen kan bereiden voordat men die gekocht heeft! Lees die twee Bijbelteksten nogmaals. Markus zegt ons dat zij de specerijen pas kochten na de Sabbat, maar Lukas zegt ons dat zij ze bereidden en rustten op de Sabbat. Deze twee passages geven onweerlegbaar bewijs dat de vrouwen rustten op de hoogtijdag (de jaarlijkse Sabbat), daarna de volgende dag de specerijen kochten en bereidden en daarna rustten op de wekelijkse Sabbat. Dit is de enige manier om deze verzen te laten overeenstemmen! Ofwel er waren twee Sabbatten, met een gewone werkdag ertussen, ofwel de Bijbel spreekt zichzelf tegen!
Als dit voor u heel lastig is om zich voor te stellen of te volgen, na zoveel jaren de verkeerde volgorde van de gebeurtenissen te hebben geleerd, kijk dan naar het overzicht in het midden van dit boekje. Jezus hield het Pascha met Zijn discipelen op dinsdagavond na zonsondergang. Na de Paschamaaltijd verliet Hij de bovenkamer met Zijn discipelen en nam hen mee naar de Hof van Gethsémané. Dit is de plaats waar Judas de autoriteiten naartoe leidde om Jezus te arresteren en waar Judas Hem verraadde met een kus. Die nacht en in de vroege ochtenduren van woensdag werd Jezus onwettig berecht en mishandeld. Rond 9 uur op woensdagmorgen werd Hij weggeleid en gekruisigd. Vervolgens stierf Hij rond 3 uur in de middag. Wat gebeurde er vervolgens?
“En toen het al avond geworden was, en omdat het de voorbereiding op het Pascha was, dat is de voorsabbat [de dag vóór de jaarlijkse grote Sabbat: Johannes 19:31], kwam Jozef van Arimathea … en waagde het om bij Pilatus naar binnen te gaan en om het lichaam van Jezus te vragen” (Markus 15:42-43). De toestemming werd pas gegeven nadat Pilatus de centurion had opgeroepen die bevestigde dat Jezus inderdaad dood was (vv. 44-45).
Het evangelie van Johannes informeert ons dat Jozef, met de hulp van Nicodemus, de Farizeeër die ’s nachts naar Jezus was gekomen (zie Johannes 3:1-21), het lichaam ophaalde en het naar een nabij gelegen graf droeg. Het is duidelijk uit de details dat zij zeer snel werkten, aangezien er slechts een korte tijd was tussen Jezus’ dood en het begin van de jaarlijkse Sabbat die op die woensdag bij zonsondergang begon. “En Nicodemus (die eerst ’s nachts naar Jezus toe gekomen was) kwam ook en bracht een mengsel van mirre en aloë mee, ongeveer honderd pond. Zij namen dan het lichaam van Jezus en wikkelden het in linnen doeken, met de specerijen zoals het de gewoonte van de Joden is bij het begraven. En er was bij de plaats waar Hij gekruisigd was, een hof en in de hof een nieuw graf, waarin nog nooit iemand gelegd was. Daar nu legden zij Jezus vanwege de voorbereiding van de Joden, omdat het graf dichtbij was” (Johannes 19:39-42).
Lukas maakt duidelijk hoe vlak het voor de Sabbat was dat Jozef en Nicodemus hun werk van het bereiden en begraven van Christus beëindigden. “En toen hij [Jozef] het [het lichaam van Jezus] van het kruis afgenomen had, wikkelde hij het in fijn linnen en legde het in een graf dat in een rots uitgehouwen was, waarin nog nooit iemand gelegd was. En het was de dag van de voorbereiding en de sabbat brak aan. En ook de vrouwen die met Hem uit Galilea gekomen waren, volgden en zagen het graf en hoe Zijn lichaam erin gelegd werd” (Lukas 23:53-55).
Tel nu, met deze achtergrond in gedachten, drie dagen en drie nachten. Woensdag bij zonsondergang begon de jaarlijkse hoogtij-Sabbat en dus was woensdagnacht de eerste nacht. Daglicht op donderdag was nog altijd de hoogtij-Sabbat en was de eerste dag. De hoogtijdag eindigde toen de zon onderging op donderdagavond. Van zonsondergang donderdag tot zonsondergang vrijdag was een andere voorbereidingsdag en was een gewone werkdag tussen twee Sabbatten. Dit was de dag dat de vrouwen specerijen kochten en bereidden, wat voldoet aan zowel Markus 16:1 en Lukas 23:56.
Donderdagnacht is de tweede nacht en vrijdag overdag is de tweede dag. Toen de zon onderging op vrijdagnamiddag, begon de wekelijkse Sabbat. Vrijdagnacht is de derde nacht en zaterdag overdag is de derde dag. Jezus werd opgewekt uit het graf op zaterdagmiddag kort voor zonsondergang, drie dagen en drie nachten nadat Hij in het graf was gelegd. Christus’ woorden in Mattheüs 12:40 werden duidelijk vervuld: “Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van de grote vis was, zo zal de Zoon des mensen drie dagen en drie nachten in het hart van de aarde zijn.” Let er ook op dat de apostel Paulus werd geïnspireerd ons eraan te herinneren dat Jezus precies opstond als Hij had gezegd dat Hij zou doen (1 Korinthe 15:4).
Het teken van Jona
Jezus zei tegen Zijn vijanden: “… Een verdorven en overspelig geslacht verlangt een teken, maar het zal geen teken gegeven worden dan het teken van Jona, de profeet. Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van de grote vis was, zo zal de Zoon des mensen drie dagen en drie nachten in het hart van de aarde zijn” (Mattheüs 12:39-40).
Drie dagen en drie nachten – dit is het teken dat Jezus gaf om Zijn Messiasschap te vestigen. Onze Verlosser liet Zijn ware identiteit afhangen van wat sommigen opzijschuiven als een schijnbaar onbeduidend detail. Maar de Farizeeën zagen het niet als zo onbeduidend. Zie maar hoe zij op Christus’ dood reageerden: “De volgende dag, dat is de dag na de voorbereiding, kwamen de overpriesters en de Farizeeën bij Pilatus bijeen, en zeiden: Heer, wij herinneren ons dat deze verleider gezegd heeft toen Hij nog leefde: Na drie dagen zal Ik opgewekt worden” (Mattheüs 27:62-63).
De belangrijkste priesters en Farizeeën vreesden dat Christus’ discipelen Zijn opstanding in scène zouden proberen te zetten volgens het exacte tijdsschema dat Hij had gegeven, en aldus Zijn invloed zelfs na Zijn dood zouden doen voortduren. Als reactie hierop autoriseerde Pilatus een extra beveiliging om te zorgen dat er niet met het graf werd geknoeid (vv. 65-66).
Het is veelzeggend dat het boek Jona in de beschrijving van de beproeving van Jona in de buik van de vis precies dezelfde woorden gebruikt voor dag en nacht die in Genesis 1:5 worden gebruikt. “En de HEERE beschikte een grote vis om Jona op te slokken. Jona was drie dagen [jowm] en drie nachten [lajil] in het binnenste van de vis” (Jona 1:17).
Onze Schepper is een God van perfecte timing. Hij gaf precieze instructies voor het op tijd houden van het Pascha (Exodus 12:12, 22). Hij gaf de mensen precieze instructies voor het houden van een speciale dag van rust en eredienst (Exodus 20:8). Hij instrueert ons de specifieke jaarlijkse heilige dagen door het jaar heen te houden (Leviticus 23). Wat betreft profetie heeft Hij een perfecte timing, omdat Hij het einde van het begin af kent (Jesaja 46:10).
Inderdaad, de profeet Daniël voorspelde de tijd van Christus’ eerste komst honderden jaren vooruit (Daniël 9:24-26). We kunnen dus begrijpen dat de dood en de opstanding van de Verlosser van de wereld met perfecte timing zouden plaatsvinden, zoals bevestigd door het teken van Jona.
Hoofdstuk 7
Wat gebeurde er op zondag?
De Bijbelse geschriften gebruiken nergens de namen van de week die wij nu gebruiken. Wij lezen in de Bijbel nooit de naam zondag. In plaats daarvan vinden we, als we kijken naar de dagen rond Christus’ kruisiging, de verwijzing naar de voorbereidingsdag, naar de Sabbat, naar de eerste dag van de week en naar een hoogtijdag. In dit opzicht begrijpen vrijwel alle geleerden dat de voorbereidingsdag de dag voor een ofwel wekelijkse ofwel jaarlijkse Sabbat is. De wekelijkse Sabbat duurt van wat wij kennen als vrijdagzonsondergang tot zaterdagzonsondergang. De eerste dag van de week is wat wij zondag noemen. En een hoogtijdag wordt door de geleerden begrepen als een jaarlijkse Sabbat. Helaas hebben de geleerden en de godsdienstleiders, teneinde hun traditie (in strijd met de Bijbelse geschriften) te handhaven, algemeen geprobeerd de jaarlijkse Sabbat te laten samenvallen met de wekelijkse Sabbat.
Het is interessant, dit even terzijde voor degenen die beweren dat wij niet kunnen weten wanneer de Bijbelse zevendedags Sabbat is, dat de Goede Vrijdag/paaszondagtraditie zowel de wekelijkse Sabbat (zaterdag) als de eerste dag van de week (zondag) identificeert! En, zoals we gezien hebben, doet de ware chronologie dat eveneens. Zij die het ogenschijnlijk aanvaardbare argument gebruiken, dat de tijd verloren is gegaan en wij niet kunnen weten welke dag het is, zijn zonder excuus! (Als u nog niet onze boekjes Welke dag is de Christelijke Sabbat? en Gods Feestdagen: Gods Meesterplan hebt gelezen, kunt u online gaan (wereldvanmorgen.nl) om deze te lezen of om uw gratis papieren versie aan te vragen!)
Waar komt het idee vandaan dat Jezus op zondagmorgen werd opgewekt? Grotendeels van de traditie. Maar de Bijbel moet voorrang hebben op de traditie. Een nauwkeurige lezing onthult dat toen de vrouwen bij het graf kwamen het reeds tegen zonsopkomst van de eerste dag van de week was. Dit is waarom de meeste mensen ten onrechte denken dat de opstanding toen plaatsvond. Maar let op wat er staat (en, nog belangrijker, wat er niet staat) in Lukas 24:1-6: “En op de eerste dag van de week gingen zij, heel vroeg in de morgen, naar het graf en brachten de specerijen mee die zij gereedgemaakt hadden, en sommigen gingen met hen mee. Zij nu vonden de steen afgewenteld van het graf. En toen ze naar binnen gegaan waren vonden zij het lichaam van de Heere Jezus niet. En het gebeurde toen ze daarover in twijfel waren, zie, twee mannen stonden bij hen in blinkende gewaden. En toen zij zeer bevreesd werden en het gezicht naar de grond bogen, zeiden die tegen hen: Waarom zoekt u de Levende bij de doden? Hij is hier niet, maar Hij is opgewekt.” Let erop dat er niet staat dat Hij die ochtend opstond; er staat slechts dat toen zij waren aangekomen Hij er niet meer was – Hij reeds was opgestaan!
Maar sommigen zullen vragen: Zegt de Bijbel feitelijk niet dat Jezus op zondagmorgen opstond? Het antwoord is ja, maar nee! Let op in Markus 16: “En toen Jezus opgestaan was, ’s morgens vroeg op de eerste dag van de week, verscheen Hij eerst aan Maria Magdalena, uit wie Hij zeven demonen uitgedreven had” (v. 9). Oppervlakkig gezien lijkt dit zeker alsof Jezus op zondagmorgen opstond, dus wat doen we dan met al het andere bewijs dat we hebben gezien dat dit tegenspreekt? Wat is juist? Johannes zegt ons dat “… de Schrift niet gebroken kan worden” (Johannes 10:35). Daarom moeten we een nauwkeuriger blik werpen op dit vers.
De meeste mensen nemen de hoofdstukken, verzen en zinsstructuren die in de Bijbel zijn te vinden voor vanzelfsprekend. Maar het was niet altijd zo. De eerste Griekse manuscripten van het Nieuwe Testament hadden geen leestekens zoals we die nu hebben. Alle letters werden geschreven als uncialen, wat wij hoofdletters zouden noemen. Latere manuscripten werden geschreven in minuskels, wat wij kleine, cursieve letters zouden kunnen noemen. Geschreven als uncialen stonden alle woorden achter elkaar zonder spaties ertussen. Markus 16:9 zou er dan als volgt uitzien, behalve dan dat de Nederlandse letters Griekse letters waren:
ENTOENJEZUSOPGESTAANWASSMORGENSVROEGOPDEEERSTEDAGVANDEWEEKVERSCHEENHIJEERSTAANMARIAMAGDALENA
Wij kunnen dankbaar zijn dat vertalers en uitgevers de Bijbel in de loop der tijd makkelijker leesbaar hebben gemaakt door hoofdletters en leestekens toe te voegen. Meestal hebben ze goed werk verricht, maar we moeten beseffen dat hun eigen ideeën in hun vertalingen konden sluipen en dat is het geval met dit vers.
Markus 16:9 kan op zijn minst op twee manieren leestekens geplaatst krijgen. In veel vertalingen is dit gebeurd volgens het traditionele geloof; vandaar dat Jezus vroeg op de eerste dag van de week opstond. Maar zoals we hebben gezien zou, als dit het geval was geweest, het teken dat Jezus gaf dat Hij de Messias en de Zoon van God was worden tegengesproken. We zouden een belangrijke tegenspraak hebben over wanneer de vrouwen de specerijen kochten en bereidden en de hele stroom van gebeurtenissen zoals die in de Bijbel wordt gegeven zou verkeerd zijn.
Wij geloven absoluut dat de Bijbel werd geïnspireerd (lett. door God ingeblazen) en foutloos is in zijn oorspronkelijke geschriften, maar dat geen enkele moderne vertaling zonder fouten is. Veel van deze afwijkingen leiden niet tot echt belangrijke misverstanden, maar de weergave van Markus 16:9 doet dat wel. Als wij de leestekens in harmonie brengen met de rest van de Bijbel, zou dit als volgt moeten zijn: En toen Hij [Jezus] opgestaan was, verscheen Hij ’s morgens vroeg op de eerste [dag] van de week eerst aan Maria Magdalena. Hier zien we dat de nadruk niet ligt op wanneer Hij opstond, maar op wanneer Hij aan Maria Magdalena verscheen. Het feit is dat de enige manier om te weten hoe de leestekens geplaatst moeten worden, is het te lezen in zowel de onmiddellijke context als in de context van de Bijbel als geheel. Aangezien we de juiste volgorde van de gebeurtenissen kennen, zoals eerder aangetoond, weten we dat de nadruk niet ligt op het moment dat Jezus opstond, maar op wanneer Hij aan Maria verscheen. De leestekens op deze manier te plaatsen is volkomen gewettigd en is de enige manier om deze verzen met de rest van de Bijbel te harmoniseren.
Maakt het wat uit?
Het ontkennen van het teken dat Jezus gaf is het ontkennen van Jezus als onze Verlosser. Miljoenen zeer oprechte mensen hebben dat in feite gedaan, niet beseffend dat zij zijn misleid door de tradities die van generatie op generatie zijn doorgegeven en in stand gehouden door de reguliere christelijke kerken.. In plaats van te doen wat Paulus gebood in 1 Thessalonicenzen 5:21: “Beproef alle dingen, behoud het goede”, zijn ze meegegaan met de vreemde sentimentele gebruiken met konijnen hazen, eieren, lelies en heidense godheden en dagen.
Sommigen zullen protesteren dat het de gedachte is die telt en zolang we het doen voor Jezus het oké is. Maar is dit wat Jezus tegen Zijn volgelingen zei? Nee! Let op: “Maar de tijd komt en is nu, dat de ware aanbidders de Vader zullen aanbidden in geest en waarheid, want de Vader zoekt wie Hem zo aanbidden” (Johannes 4:23). Hem eren op een oprechte manier is belangrijk, maar wij moeten Hem ook eren in waarheid!
Ons wordt specifiek gezegd “… dat u niet vraagt naar hun goden,door te zeggen: Zoals deze volken hun goden gediend hebben, zo zal ik het ook doen. U mag ten aanzien van de HEERE, uw God, niet doen zoals zij! Want alles wat voor de HEERE een gruwel is, wat Hij haat, hebben zij voor hun goden gedaan. Zij hebben voor hun goden immers zelfs hun zonen en hun dochters met vuur verbrand. Dit alles wat ik u gebied, moet u nauwlettend in acht nemen. U mag er niets aan toevoegen en er ook niets van afdoen” (Deuteronomium 12:30-32).
Als u meer wilt weten over de heilige dagen die God de mensheid heeft opgedragen te houden en hoe deze een beeld geven van het ongelooflijk spannende plan dat God bezig is te verwezenlijken hier op aarde, ga dan online naar wereldvanmorgen.nl en lees of bestel gratis ons boekje Gods feestdagen: Gods Meesterplan. En als u er genoeg van heeft te worden misleid door on-Bijbelse, door de mens gemaakte en heidense tradities, en als u graag andere mensen zou willen ontmoeten die de Bijbels geïnspireerde Sabbat en Gods feestdagen houden, kunt u online (wereldvanmorgen.nl) contact met ons opnemen of ons schrijven (zie ons postadres op de voorlaatste pagina) om met een van onze vertegenwoordigers te spreken. Wij hebben bijeenkomsten in veel steden en landen rond de wereld waar mensen trouw de dagen houden die God heeft ingesteld.